Buitenunits: 5 belangrijke aandachtspunten
Wat zijn de belangrijkste zaken waarop je moet letten als je een buitenunit gaat plaatsen? Geluid is één ding: de geluidsproductie van de buitendelen van lucht/water-warmtepompen ligt onder het vergrootglas. Er komen wettelijke eisen waaraan alle verkochte apparaten moeten voldoen. Maar er zijn nog meer factoren die van belang zijn. Hieronder geef ik de belangrijkste aandachtspunten.
1. Maximaal 45 dB(A)
De wettelijke geluidseis voor de apparaten zélf, gaan op 1 januari 2021 in. Overdag mag een unit straks maximaal 45 dB(A) produceren op de erfgrens, ’s nachts 40 dB(A). Haalt een warmtepompopstelling dit om wat voor reden dan ook niet, moeten extra maatregelen genomen worden in de vorm van geluidswering. Nefit Bosch heeft stille warmtepompen die voldoen aan de wettelijke eisen en accessoires voor bestaande installaties. Naast geluid, zijn er meer zaken die belangrijk zijn om ervoor te zorgen dat een buitenunit geen overlast veroorzaakt.
2. Opstelplaats
Een open deur misschien: maar het is van groot belang om vroegtijdig de plek van de buitenunit te bepalen. Staat hij in het zicht, en wie heeft er mogelijk last van? Dat is in nieuwbouw vaak anders dan in bestaande bouw.
Naast de positie ten opzichte van de erfgrens, gevel of (dak)raam, is de vrije uitblaas een belangrijke voorwaarde voor goede werking. Vuistregel is dat 50 cm rondom de buitenunit vrij moet blijven. Dit zorgt ervoor dat er voldoende lucht over de verdamper kan worden gehaald, en dat de ventilator niet in zijn eigen lucht draait. Dan gaat namelijk het rendement fors onderuit. Ook kan plaatsing in bijvoorbeeld een nis ervoor zorgen dat er een klankkast effect ontstaat met geluid. Niet onbelangrijk: de bereikbaarheid. Een onderhoudsmonteur moet wel bij de buitenunit kunnen komen.
3. Ondergrond
De ventilator en compressor veroorzaken trillingen. Deze onderdelen hangen van zichzelf al in dempingsrubbers. Een stevige en stabiele massa onder het buitendeel vangt nog meer op. Dat kan in de vorm van stevige tegels die op de bodem of plat dak liggen.
4. Bevestiging
Er zijn verschillende accessoires beschikbaar voor een stabiele bevestiging van het buitendeel. Veel gebruikt is de zogeheten Big Foot-voetsteun. Voor bevestiging aan gevels zijn er speciale gevelbeugels met trillingsdempers. Vaak worden deze al standaard geadviseerd in de betere bestekken.
5. Condenswater
Hou ook rekening met de condensafvoer. De ontdooicycli van warmtepompen zorgen voor veel condenswater. Afvoer kan via de riolering of regenpijp, maar ook door bijvoorbeeld onder de betontegels een kiezelbed met infiltratiekrat aan te brengen. Dit voorkomt wateroverlast en glijpartijen bij vorst.
Meer over de optimale positionering van EnviLine Monoblock buitenunits? Bekijk het artikel in dit Technisch Bulletin 49 (pagina 8).
